Elke lidstaat van de Europese Unie moet homopartners die in een andere lidstaat een kind hebben gekregen, beiden erkennen als ouder. Dat geldt ook voor lidstaten die zelf geen homohuwelijk kennen, zo heeft het Europees Hof van Justitie in Luxemburg bepaald.

Het Hof sprak zich uit in de zaak van een Bulgaarse vrouw die twee jaar geleden met haar echtgenote in Spanje een zoon ter wereld bracht. Op de Spaanse geboorteakte zijn zij beiden als ouders vermeld en het kind draagt allebei hun achternamen. Toen de Bulgaarse in haar vaderland een paspoort aanvroeg voor haar zoon, wilde de burgerlijke stand alleen de biologische moeder als ouder registreren.

Bulgarije moet de Spaanse geboorteakte gewoon accepteren en een reisdocument verstrekken voor de zoon, die de Bulgaarse nationaliteit heeft, stelt het Hof nu. De peuter heeft het recht om met beide ouders te kunnen reizen, aldus het Hof. Het verweer van Bulgarije dat zo’n paspoort indruist tegen de ‘nationale identiteit’ of de ‘openbare orde’ werd verworpen.

Bevoegdheid lidstaten botst op principe vrij verkeer

In principe valt familierecht onder de bevoegdheden van de lidstaten. De Europese Unie kan een lidstaat niet dwingen het homohuwelijk te erkennen. Indirect heeft Europese regelgeving wel invloed, zoals ook uit deze zaak blijkt. Volgens het principe van vrij personenverkeer mag elke Europeaan zich vestigen in een andere lidstaat. Als hij daardoor rechten zou kwijtraken, bijvoorbeeld doordat het homohuwelijk niet erkend wordt, zou het principe van vrij verkeer worden geschonden.

In 2018 oordeelde het Hof dat Roemenië de rechten moest erkennen van een Roemeens-Amerikaans homostel dat in België was getrouwd en naar Roemenië was verhuisd. Roemenië wilde de Amerikaanse echtgenoot niet de rechten toekennen die heteroseksuele partners toekomen, zoals een werkvergunning. Het Europees Hof stelde Roemenië in het ongelijk.

Bron: volkskrant