Mijn seksualiteit was een zoektocht met pijn, maar ook met liefde en acceptatie

Ik ben Anna, vrouw, 24 jaar oud en biseksueel. Rond mijn 15e ontdekte ik dat ik ‘anders’ was. De omgeving waarin ik opgroeide was heel streng christelijk. Homoseksualiteit en alles in die richting werd beschouwd als een zonde. Homoseksuele gevoelens, daar kon je misschien niets aan doen, maar je mocht het absoluut niet praktiseren. De norm was dat jongens op meiden vielen, en andersom. In de praktijk, op school en onder andere christelijke vrienden, werd bijna nooit over homoseksualiteit gepraat.

Vandaar dat ik vaak dacht dat ik was. Mijn vriendinnen begonnen te experimenteren met jongens en vertelden enthousiaste verhalen. Ik herkende dat totaal niet. Ik was helemaal niet geïnteresseerd in jongens. Ik keek daarentegen wel graag naar meisjes en er zat een meisje in mijn klas waar ik veel aan moest denken en op de een of andere manier moeite had om tegen te praten. Achteraf gezien was dat mijn eerste verliefdheid, maar dat besefte ik me niet; dat kwam niet eens in me op. Een jaar later leerde ik een jongen kennen die openbaar homoseksueel was op onze zwaar christelijke school. Bij mijn bijbaan had ik een collega die openbaar lesbisch was. Het begon langzaam bij mij te dagen dat ik misschien wel op vrouwen viel. Ik heb het een tijd voor me gehouden. Ik was bang voor de reacties in mijn christelijke omgeving, die allemaal tegen homoseksualiteit waren. Ik wist zelf niet eens of ik het wel wilde praktiseren, want zelf was en ben ik nog steeds gelovig.

Daarnaast was ik bang dat mijn vriendinnen niets meer met me te maken wilden hebben, omdat ze bang zouden worden ik dat ik verliefd op ze zou zijn. Uiteindelijk vertelde ik het aan mijn beste vriendin. Haar reactie was fijner dan ik ooit had durven hopen: “Dat is geen verrassing, ik dacht al zoiets.” Ze vond het zelfs alleen maar leuk. Ook door andere vrienden voelde ik me geaccepteerd en ook bij hen bleek mijn angst onterecht. De reactie van mijn ouders was minder fijn: “Je kunt er niets aan doen, maar we staan er niet achter als je een vriendin krijgt. Zij zal niet bij ons welkom zijn en we komen niet bij jullie over de vloer.”

Door reactie van mijn ouders bleef ik lang single. Ik experimenteerde zelfs wat met mannen, in de hoop dat ik mij vergist had en me toch aangetrokken zou voelen tot mannen en ging zelfs een korte relatie aan, met in mijn hoofd het droombeeld van huisje, boompje, beestje. Ik zorgde altijd dat ik flink wat drankjes op had, voordat ik het bed met een man deelde. Dit leidde tot een serie negatieve ervaringen, omdat ik ondanks mijn afkeer veel verder ging dan ik wilde met mannen die niet goed voor me waren. Mijn vragen over mijn eigen seksualiteit werden steeds groter. Ben ik lesbisch, bi, hetero? Lag mijn afkeer aan het mannenlichaam, of aan het type man waarmee ik steeds het bed deelde? Ik had geen idee. Mijn kennissenkring breidde uit en ik leerde een aantal bi- en lesbische meiden kennen. Ik ontdekte dat de ervaringen die ik had met vrouwen zo veel anders waren. Veel fijner, veel mooier. Het vrouwenlichaam vond ik ook veel mooier. Ik dacht er voor mezelf achter te zijn dat ik toch echt lesbisch was. De relatie met mijn ouders had ik op een heel laag pitje gezet: ik zag hen zelden tot nooit en ik ging niet meer naar de kerk. Ik liet de mannen links liggen en ik voelde me goed. Ik leerde nieuwe mensen kennen en homoseksualiteit was in mijn omgeving opeens normaal. Ondanks de acceptatie van mijn eerdere vriendengroep, was het een verademing dat het normaal gevonden werd en niet alleen geaccepteerd.

Tot ik iets meer dan 2 jaar geleden mijn huidige vriend tegenkwam. Hij maakte deel uit van een vriendengroep waar ik bij aansloot via een meisje waar ik casual ‘contact’ mee had. We hadden een wilde zomer en ik vond hem erg leuk. Hij mij ook, en dat liet hij duidelijk merken. Van mijn kant gaf ik duidelijk aan dat het niet meer dan leuk was; ik viel immers op vrouwen. Meer dan vriendschap zou het nooit worden. Wel merkte ik dat ik het heel fijn vond om tegen hem aan te zitten en steeds dicht bij hem wilde zijn. We zagen elkaar bijna elke dag. Vanuit mijn omgeving kreeg ik vragen of ik soms verliefd was op iemand, omdat ik liep te stralen. Ik was daar verbaasd over en lachte het weg: Op wie zou ik in vredesnaam verliefd moeten zijn? Ik liep op dat moment wel met dat meisje, maar dat was casual. Het duurde een tijdje voordat het bij mij begon te dagen dat ik inderdaad verliefd was. Ik dacht constant aan hem, ik wilde constant bij hem zijn, ik droomde over hem. Ik was verliefd op een man. No way! Ik kwam daar voorzichtig voor uit. Eerst tegenover hem, later tegenover de rest van de wereld.

Een pluspunt was mijn relatie met mijn ouders. Ondanks dat mijn vriend een behoorlijk verleden had en ik verwachtte dat zij hem af zouden wijzen, bleken ze heel accepterend en zelfs blij. Zij waren allang blij dat ik met een man was. Toch staat de relatie met mijn ouders nog steeds op een laag pitje. Mijn zusje is lesbisch en ervaart dezelfde afwijzing van mijn ouders als ik. Het blijft mij boos maken en daarom kies ik ervoor om hen op afstand te houden. Ik voel geen onvoorwaardelijke liefde vanuit mijn ouders naar ons als kinderen en dat doet heel veel pijn. Het doet pijn om die liefde zelf niet te krijgen en het doet pijn om te zien dat mijn zusje die liefde en acceptatie niet krijgt. Ik zie mijn ouders wel vaker dan eerst, maar nog steeds niet meer dan een paar keer per jaar.

Gelukkig heb ik veel mensen om mij heen en heb ik mijn zusjes nog. Vrienden zijn de familie die je zelf kiest. Ondanks dat ik een relatie met een man heb en zelfs trouwplannen heb, merk ik dat ik nog steeds ook op vrouwen val. Mijn vriend vindt dat geen probleem. Sterker nog, toen ik aangaf dat ik soms wel eens een vrouwenlichaam miste, kwam hij met het voorstel om af en een toe een trio te doen. We zijn monogaam, met af en toe een uitzondering waar we allebei, en samen, van genieten. Mijn seksualiteit was voor mij een zoektocht waarin ik veel pijn, maar ook veel liefde en acceptatie heb gevoeld. Ik hoop voor iedereen die dit leest en misschien herkent, dat jij ook die liefde en acceptatie gaat voelen. Niet alleen van anderen, maar ook van jezelf!

Meer Verhaal voor jou

Monogamie of open relatie?

Mijn naam is Amber en ik ben 19 jaar oud. Sinds dit jaar heb ik een vriend. Jaaa ik ben zo’n standaard persoon met een corona-relatie haha. Hiervoor heb ik 2 andere vriendjes gehad waar ik veel van heb geleerd....

Lees hier meer

‘Het was voor mij heel erg makkelijk om ook uit de kast te komen’

Dinet Oosting (Veendam, 1991) speelt softbal en woont in Enschede Ik was vijftien toen ik van club wisselde om op een hoger niveau softbal te gaan spelen. Bij mijn nieuwe club was net een oudere teamgenoot uit de kast gekomen,...

Lees hier meer

‘Alle reacties waren megapositief en ik had steun van iedereen, wat ik enorm waardeerde’

Ramon Martinez Gion (1990) speelde in 2006 bij Volleybal Vereniging Harderwijk 'Ik was zestien toen ik in 2006 bij Volleybal Vereniging Harderwijk (VVH) speelde. Ik heb daar niet echt een coming out gehad, omdat ik vooral niet van aandacht hield...

Lees hier meer