Terug naar begin » biseksueel

Tag: biseksueel

Mensen snappen niet dat je als biseksuele vrouw ook een vriendje kunt hebben

Hey guys, Ik ben Sarita, ook wel Sar. Ik ben 19 jaar en ik ben biseksueel. En dit weet ik al sinds ik een jaar of 11 ben. Ik voelde me anders. Terwijl de rest van de girls in mijn klas giechelde over wie de knapste jongens waren in m’n klas, vroeg ik me af wat er nu precies knap was aan de jongens.

Ik hield totaal niet van jurkjes, rokjes, of de kleur roze. Maar toch wilde ik ze dragen. Waarom? Op het moment dat ik wist dat ik op meisjes viel, mocht niemand dat weten. Ik ging me zo girly mogelijk kleden. Dat ging er door m’n hoofd. Ik maakte ruzie met mijn ouders, omdat ik eerste instantie geen jurkjes en rokjes aan mocht naar school. Ik moest er straight uit zien. Totdat ik op een zekere hoogte zat dat ik niet meer wist of ik wel bi was.

Ik had een tijdje totaal geen aantrekkingskracht tot jongens. Was ik gay? Met die gedachten heb ik een jaar tot anderhalf jaar gelopen. Uiteindelijk wist ik zeker dat ik bi was. Maar mijn familie mocht het niet weten. We hadden al geen fantastische band, wat als ze me het huis uit zetten? Ik wist niet hoe ze gingen reageren.

Nu, ruim 3,5 jaar later, heb ik het mijn familie verteld. Mijn ouders waren super-supportive. Mijn band met mijn ouders is beter dan ooit tevoren. Eindelijk kon ik me kleden zoals ik me voelde. Een beetje als het welbekende stud. Maar dan geen lesbian stud. Sommige familieleden vonden het raar, want ik zit (toen) 2 jaar in een relatie, dan kun je toch niet ook op meisjes vallen. Dat is dus het dingetje met biseksueel zijn. Mensen snappen niet dat je ook biseksueel kunt zijn en een vriendje kunt hebben. Soms wordt er gezegd dat ik naar de hel ga, omdat ik ook op meisjes val. Maar dat interesseert mij niet. Ik ben Sarita, ik ben biseksueel en mijn pronouses zijn she/her. En daar ben ik trots op! 🏳️‍🌈

Mijn verhaal over mijn panseksualiteit

Hallo, mijn naam is Lisa, ik ben 18 jaar en mijn seksualiteit is panseksueel.

In dit verhaal ga ik het één en ander uitleggen over hoe de ontdekkingstocht over mijn seksualiteit voor mij is gelopen.

Ik denk dat het als eerst handig is om te vermelden dat ik opgegroeid ben in een klein dorp in Friesland. Hier woonde ik tot mijn 16e. Het stereotype over Friesland is in mijn geval waar: mensen zijn niet ruimdenkend en niet echt accepterend. Dit heeft in het begin van mijn ‘reis’ grote invloed gehad op hoe ik me voelde.

Ik ben er altijd van uitgegaan dat ik hetero was. Dat was logisch en vanzelfsprekend. Ik was een jaar of 15 toen ik begon te twijfelen over mijn seksualiteit. Tegen die tijd kreeg ik gevoelens voor een internetvriendin van mij. Dit vond ik gek en ik schaamde me hiervoor. Toen ik deze gevoelens voor dit meisje had, heb ik dat nóóit met iemand gedeeld. Daar voelde ik namelijk de ruimte niet voor.

Al mijn vrienden waren destijds hetero, of gingen er net als ik vanuit dat ze hetero waren. Er was een irreële angst in mij, ik was bang om mijn vrienden te verliezen als ik ze het vertelde.

Achteraf denk ik: “Het is toch een absurde gedachte?! Als mijn vrienden mijn seksualiteit niet accepteren, wat voor vrienden zijn dat dan?”

Op het moment dat ik begon te twijfelen over mijn seksualiteit, had ik mijn eerste vriendjes al gehad. Dit maakte het voor mij destijds wat ingewikkelder. Ik had natuurlijk al relaties met jongens gehad, wie gaat mij ooit geloven als mijn seksualiteit niet hetero blijkt te zijn?

Achteraf kijk ik terug op deze gedachtegang en denk ik: “Lieverd!! Als jij je biseksueel voelt maakt het helemaal niet uit met wie je thuiskomt. Als jij dit voelt, is dat valide. Ongeacht hoe de ‘uitvoering’ eruit ziet.” (Ik kende de term panseksueel tegen die tijd nog niet, vandaar dat ik hier de term biseksueel gebruik)

Dat wil ik ook graag met mensen delen. Er is geen regel hoe biseksualiteit eruitziet. Je kunt je 80% tot vrouwen aangetrokken voelen en 20% naar mannen. Dan ben je nog steeds biseksueel, dat hoeft niet 50/50 te zijn.

Eén jaar later studeerde ik af van het VMBO en ging mijn moeder verhuizen naar Deventer. Het was voor mij tijd om een passende MBO-opleiding te vinden. De opleiding die ik koos zat in Zwolle. Ik ging bij mijn moeder in Deventer wonen, met het idee: “Hier zit ik niet meer vast aan de narrow-minded mensen. Wellicht voel ik in Deventer meer de ruimte om mezelf te ontplooien.”

Dit klopte! Ik leerde mensen in Utrecht kennen en ging met hen naar PANN. Dit is een gay-feest dat georganiseerd wordt in verschillende steden en waar iedereen welkom is. Ik ging ernaartoe in Tivoli, Utrecht. Ik stond versteld van de acceptatie en de openheid.

Ook stond ik er versteld van dat er geen ongewenste seksuele interactie was. Bijvoorbeeld: in de stamkroeg om de hoek in het dorp, krijg je als vrouwelijk persoon nog best wel wat ongevraagde seksuele opmerkingen naar je hoofd geslingerd. Of je wordt ongevraagd in je kont geknepen. Dat soort ongure praktijken waardoor ik mij niet veilig voelde tijdens het uitgaan, was totaal niet aan de orde bij PANN. Dat vond ik heerlijk en bevrijdend. Ik had meer lol dan ooit tijdens het uitgaan.

In deze periode kwam ik erachter dat ik panseksueel ben. Het gaat mij niet persé om het uiterlijk van het persoon. Ik val namelijk eerst voor de persoonlijkheid, dan word ik verliefd op de uiterlijke kenmerken van een persoon. Gender speelt geen rol in de gevoelens die ik krijg voor een ander.

Toen ik Friesland woonde was ik me er niet van bewust dat gender in zóveel verschillende vormen komt, dus dacht ik dat ik biseksueel was.

(Biseksueel zegt eigenlijk: ik kan zowel op mannen als op vrouwen vallen. Hiermee sluit het dus eigenlijk andere genders uit. Ik voel mij niet zo, dus paste ik beter in het hokje ‘panseksueel’.)

Eén jaar later was ik ondertussen comfortabel met mijn seksualiteit en leerde ik ‘soortgenoten’ kennen in Zwolle. Ik kreeg een hele vriendengroep om mij heen van allerlei queer-mensen. Ik voelde me thuis en geaccepteerd.

De eerste persoon naar wie ik uitte dat ik panseksueel ben, is mijn nichtje. Zij woont in Utrecht en door en met haar ben ik ook voor het eerst naar PANN geweest. Haar vriendengroep bestond uit veel queer-mensen. Ik kon mijzelf zijn bij hen.
Daarnaast ben ik weinig écht uit de kast gekomen. Mensen om mij heen gaan met mij om voor míj. Niet voor mijn seksualiteit. Als het bij mensen ter sprake komt, spreek ik me eerlijk uit over mijn seksualiteit. Soms krijg ik rare blikken. Maar ik weet dat dat niet mijn probleem is.

Bij mijn moeder was het anders. Toen ik nog in Deventer woonde, zat ik eens met haar in de auto. Ik had toen net Tinder gedownload en had ‘m ook op ‘meiden’ gezet, zodat ik niet enkel mannen voorbij zag komen. Ik kan me nog herinneren dat dit voor mij een grote stap was.

Maar goed, ik zat dus in de auto en ik dacht: ‘Ja, ik ga het gewoon zeggen.’ Dus ik zij: “Ehhm, mama…? Ik ehh, ben via Tinder ook op meiden aan het swipen…” Ze reageerde hier nauwelijks op. Ze vond het niet raar of gek. Ze zei: “Je weet dat je zus ook biseksueel is, toch?” Dat was het, daar bleef het bij.

Ik heb mijn moeder volgens mij nooit echt verteld dat ik panseksueel ben, het kan zijn dat ik het ooit tussen neus en lippen door heb verteld, maar ik heb het gevoel dat het er niet écht toe doet.

September 2020 dacht ik: “Verrek! Mijn vader denkt nog steeds dat ik hetero ben.” Ik beantwoordde een aantal vragen in een interview over mijn seksualiteit. Naar aanleiding van het interview heb ik mijn vader verteld over mijn seksualiteit. Hij vond het allemaal best gek. Dat maakte mij niet uit. Dit is nou eenmaal hoe het is, daar heeft hij maar mee te doen.

Wil je ook meeschrijven of je ervaring delen?

Monogamie of open relatie?

Mijn naam is Amber en ik ben 19 jaar oud. Sinds dit jaar heb ik een vriend. Jaaa ik ben zo’n standaard persoon met een corona-relatie haha.

Hiervoor heb ik 2 andere vriendjes gehad waar ik veel van heb geleerd. Dat brengt mij gelijk bij het onderwerp waar ik het over ga hebben, namelijk monogamie. Ik zit op een leeftijd dat je jezelf gigantisch gaat ontwikkelen en op zoek bent naar je eigen identiteit.

Mijn eerste vriendje woonde niet in de buurt. Wij besloten om volledig voor elkaar te kiezen, maar daarnaast ook voor andere mochten gaan tijdens bijvoorbeeld het stappen. We hebben voor de rest geen concrete afspraken gemaakt maar besloten wel dat we voor de rest niks met elkaar deelden. Ik dacht dat het fijn was om niet zo beperkt te worden in mijn vrijheid maar het idee dat we het daar niet over konden hebben maakte mij alleen maar onzeker. Na twee jaar zijn wij uit elkaar gegroeid en verdergegaan als vrienden.

Na die relatie was ik ervan overtuigd dat ik toe was aan een echte volwassen relatie waarin je volledig voor de ander gaat. Dit houdt in dat ik dus een monogame relatie wilde. Ik vond een jongen die helemaal voor mij ging. Achteraf gezien was ik helemaal niet verliefd op hem, maar had ik geen idee wat ik nou wilde. Na iets meer dan 9 maanden kwamen we erachter dat het ‘t niet was.

Hierna wist ik het zeker, dacht ik; ik ben geen relatie mens. Ik ging mijn grenzen opzoeken en experimenteren op seksueel gebied. Dit deed ik met zowel mannen als vrouwen. Het vervelende was, dat ik nog steeds niet tevreden was. Ik mistte nu weer iemand die naast mij lag en iemand bij wie ik ook vieze scheten kon laten onder de deken in plaats van alleen maar de mooie kant van mezelf te zijn.

Ik merkte aan mezelf dat ik mij steeds meer ging verdiepen in open relaties en opeens had ik het gevoel dat dat bij me pastte. Ik kon mezelf opeens identificeren. En dan? Dan ben je 18 en is iedereen of helemaal los aan het gaan, of totaal niet toe aan alles wat met de liefde te maken heeft, of in een stabiele en volwassen relatie… Maar een open relatie is voor de meeste mensen ondenkbaar. Het gros ziet het zien het als vreemdgaan of/ en ze vinden het sletterig.

Ik wist dus eindelijk waar ik mij in kon vinden, maar er was niemand in mijn omgeving die dat begreep. Ik vond dit een heel vervelende periode, want ik was mezelf continue aan het afvragen of ik daarin wel ooit kon zijn wie ik wilde en dus niet weer vast kwam te zitten in een relatie waar ik niet achter zou staan.

En toen…. was hij daar opeens. We hadden een eerste date, voor mijn gevoel was het een seksdate maar we hebben uren achter elkaar een goed gesprek gehad, we hebben geen seks gehad toen. Opeens voelde ik mij begrepen. Hij stelde mij vrij snel de vraag hoe ik in een relatie sta. Dit vond ik confronterend want hij was vast weer zo’n iemand die daar niks mee kon en het was nou net zo gezellig. Ik zat te twijfelen of ik eerlijk ging zijn of dat ik maar gewoon een politiek correct antwoord zou geven. Dat het tweede door mijn hoofd heeft gespookt vind ik achteraf heel ernstig en gelukkig ben ik daar dus ook niet voor gegaan.

Ik heb aan hem verteld dat ik geloof in de liefde delen. Mensen hebben te veel liefde om te beperken. Daarnaast ben ik er heilig van overtuigd dat mensen in verschillende fases van hun leven komen. Ik denk dat het logisch is om mensen te hebben die op dat moment bij je passen.

Zit je bijvoorbeeld in de fase dat je de behoefte voelt om de wereld te ontdekken en je partner in de fase dat hij/zij carrière wil maken, moet één van de twee dan compenseren? Ik vind van niet. Doe wat goed voelt. Op het moment dat ik wil reizen ga ik dat doen en dan blijf ik daar niet met mijn handen voor mijn ogen lopen voor eventuele nieuwe liefdes omdat er al iemand thuis zit, want wie zegt dat je de liefde niet kan delen? Daarbij wil ik de ander ook niet tekort doen dus ik wil dat de ander ook gaat voor zijn/haar wensen en dromen en dit kan dus ook op het gebied van de liefde. Hier sloot hij zich bij aan en ik wist dus niet wat ik meemaakte. Net zoals dat hij het niet gek vond dat ik zei dat ik geen idee waar ik op val, omdat ik tot nu toe alleen op mannen ben gevallen, maar daarmee niet zeg dat ik denk dat ik alleen maar op mannen kan vallen. Het klonk bijna te mooi om waar te zijn.

Momenteel zijn we een jaar verder en kan ik bevestigen dat ik een relatie heb waarin ik mijzelf kan zijn. Op dit moment zijn we wel alleen elkaars liefde en hebben we dus ook geen liefdes erbij. We hebben wel genoeg liefde in ons om te delen, dus op seksueel gebied hebben we soms een uitstapje. We hebben duidelijk dat we alles bespreken. Hierdoor voel ik mij heel prettig bij onze relatie. Er zijn geen taboeonderwerpen en we zijn constant de vraag aan het stellen: ‘Waar worden we gelukkig van en wat hebben we nodig?’ Hierdoor gaan we elkaar beter begrijpen en staan we open voor elkaars denkwijzen.

Het is niet zo dat we onze grenzen niet kunnen aangeven, want als iets niet goed voelt dan hebben we het er over. We zeggen dus niet tegen elkaar ‘doe maar wat je wilt en succes’. Uiteindelijk leven we wel ons eigen leven en kunnen we elkaar dus niet beperken in de keuzes maar we proberen wel alles in harmonie te doen. Dit gaat tot nog toe goed. We hebben gemerkt dat het intens fijn is om te kunnen doen wat je wilt zonder het gevoel te hebben dat je verkeerd bezig bent.

En zijn wij dan nooit jaloers? Natuurlijk wel. Als ik zie dat hij een vrouw ontzettend opwindend vindt, vind ik dat heel mooi om te zien maar als ik merk dat de emotionele band ook sterk is, kan ik best wel jaloers worden. Maar de enige oplossing op dat moment is het aangeven. Hij kan dan bevestigen dat het gevoel wat een ander hem geeft, niets zegt over het gevoel wat hij voor mij heeft. En dat geloof ik ook meteen want als ik een ander persoon heel interessant vind, zegt dat ook niks over wat ik voor hem voel.

Wij zijn samen echt een sterk team en dat benoemen we heel vaak zodat we allebei vertrouwen blijven houden in onze relatie. Op de momenten dat ik twijfel aan deze vorm van relatie hebben, bedenk ik het idee dat we elkaar alleen maar voor ons zelf zouden hebben. Dat zou ik lastig vinden want hij is zo’n ontzettend mooi mens dat ik het zo logisch vind dat heel veel andere mensen hem ook zo mooi vinden.

Hoe fijn is het dan om dat te delen met z’n allen, in plaats van elkaar af te kraken en te beperken. Ik weet dat dit echt is wat mij gelukkig maakt, maar dat is wel een heel proces geweest en ik ben heel vaak gestruikeld over alle gevoelens die in de weg hebben gestaan. Daardoor ben ik nu wel meer mezelf dan ooit tevoren.

En ja het cliché is waar, communiceren is hét succes voor een goede relatie.

Wil je ook meeschrijven of je ervaring delen?

Mijn coming out als panseksueel/biseksueel

Coming out over seksualiteit panseksueel/biseskueel

Evie:

Het was 2016 en ik vond een meid leuk.

Drama, natuurlijk want ik dacht dat ik hetero was. Ook had ik een vriendje maar dat was snel geklaard omdat ik me schuldig voelde.
Dus als dertienjarige keek ik lesbische short films op youtube en deed “ben ik gay?” Testjes want natuurlijk doe je dat als je die leeftijd hebt. Uiteindelijk ben ik erachtergekomen dat ik biseksueel of panseksueel ben.

Fast forward naar een paar maanden later en na al die angsty lesbische liedjes en documentaires had ik de moed bij elkaar geraapt en heb ik het vervolgens aan wat vrienden en familie verteld.
Allemaal heel saai en positief, dus dat was fijn. Op gegeven moment stopte ik met uit de kast komen omdat het me niet meer zo boeide en dacht: ‘Ach, als ik ooit met een meid binnenloop vatten ze m ook wel toch?’

Nadat ik uit de kast was gekomen, kwam tweederde van m’n vriendengroep ook uit de kast, dus dat was feest. Maar omdat ik 13 was en ik op de middelbare zat met irritante jongetjes moeten er natuurlijk altijd vervelende reacties zijn.

Ik had de meid die ik leuk vond verteld dat ik bi was en een crush op haar had. Jammer genoeg was ik totaal vergeten dat haar vriendengroep vol zat met die irritante jongetjes, en liep ik dus de volgende dag de trap af met een vriendin van me. Zij vertelde me dat “Iemand zei dat als hij je moeder zou zijn, hij niet meer van je zou houden” en “De ander zei dat hij het vies vond” en zo ging ze verder.

Ik dacht dat mijn “geheim” veilig was bij mijn “crush” maar haar hele vriendengroep wist het na die week en de rest van de school ook.
Dit zat me heel erg dwars, en ik heb een paar keer een discussie met die jongens gehad, maar luisteren doen ze niet. Ze luisterden om te reageren, maar niet om mij te begrijpen, of proberen te begrijpen.

De jongens die achter mijn rug om praten heb ik nooit geconfronteerd over wat ze hadden gezegd over mij. Tot ik vorig jaar een publieke insta story postte met het gehele verhaal zoals hierboven, en zette er toen bij:
“K**ll en T*** en alle anderen die achter mijn rug om praatte, doe het de volgende keer in m’n gezicht”.
Met natuurlijk m’n middelvinger erbij 😉

Moral of the story, na mijn coming out durfden veel vrienden uit mijn groep uit de kast te komen en dat was het allemaal wel waard.
En vergeet niet, als iemand je toevertrouwt met iets persoonlijks zoals dit, houd dan je mond. Mijn “coming out” was voor mij gedaan en had niet zo moeten gebeuren.
Vertel het aan mensen die je vertrouwt, zoals je ouders, broers of zussen, beste vrienden, je lesbische docent (lol dat was meer m’n guidance chancellor aan het einde van dat jaar maar oke) want geloof me, het gewicht valt van je schouders af en je zult weer kunnen ademen.

Je bent valid & loved, don’t forget it.

Wil je ook meeschrijven of je ervaring delen?

Ik heb een lesbische zus

Het verhaal van Pieter

Mijn zus vroeg me om op te schrijven wat het voor mij betekent dat zij lesbisch is.
Best spannend. Maar ik doe het graag. Ik hoop dat jij er als broer of zus wat aan hebt.

Ik ben haar jongere broer en wij schelen 8 jaar. Echt samen zijn we dus niet opgegroeid. Maar we hebben een goede band, we lijken in veel dingen op elkaar. Ze was dan ook supertrots toen ik haar vroeg om mijn getuige te zijn voor mijn huwelijk. Dat tekent onze band.

Puzzelstukjes
Ik vroeg haar weleens hoe het ging met daten. Ze datete soms met jongens, maar heel enthousiast was ze nooit. Op een dag waren we bij haar thuis. Mijn zus moest ons iets vertellen. Ze moest huilen toen ze vertelde dat ze op vrouwen viel. Ik weet niet meer goed wat er door me heen ging. Wel dat het me op zich niet verbaasde. Het paste bij haar, alsof puzzelstukjes op hun plek vallen.

Er waren (uiteraard!) wel vragen, maar een van de eerste dingen die we zeiden is dat zij voor ons nog steeds dezelfde is. En dat wat we hebben blijft.

Steun van mensen
Een vraag die veel broers of zussen zullen hebben, is of hun broer of zus alleen wil blijven of voor een relatie gaat. Het is tegenwoordig ook in veel christelijke kringen geaccepteerd om een relatie aan te gaan.

Mijn zus kiest er voor om alleen te blijven. Ze gelooft dat het huwelijk ingesteld is voor een man en een vrouw. Dat betekent veel: niet iemand thuis hebben met wie je je leven kunt delen, geen kinderen krijgen. Wij steunen haar daarin. Maar het is een moeilijke weg die ze moet gaan. Een weg die niet zonder gebed en steun van mensen om haar heen kan.

Want, ook al is het goed bedoeld, er zijn ook christenen die vragen waarom je ‘zo moeilijk doet’ als je alleen wilt blijven. In plaats van steun voelt mijn zus dan eenzaamheid. Het is namelijk haar christelijke overtuiging waarom ze deze keuze maakt, en dat tegen de tijdsgeest in. Ik vind dat zo moedig en daarin is ze een voorbeeld voor mij!

Niet veranderd
Wat ik moeilijk vond en vind is om haar moeite en pijn te zien. Ze heeft een diepe worsteling gehad na haar coming-out. Over wie ze was en over haar relatie met God. Over hoe God kijkt naar homoseksualiteit. Mijn zus heeft professionele hulp gezocht, het ging op een gegeven moment echt niet meer goed. Ik vind dat heel moedig van haar en ik ben blij dat dat heeft geholpen. Niet dat alle problemen en moeiten weg zijn. Maar het heeft haar wel geholpen om verder te kunnen.

Nu zijn we een paar jaar verder. Ik ben heel blij dat onze band inderdaad niet veranderd is. Er zijn helaas mensen bij wie het anders gaat. Bij wie de band met de familie anders, minder, wordt. Dat is bij ons niet het geval. Ik zie mijn zus nog steeds als dezelfde zus. Ze is nog dezelfde die ze was. Het feit dat ze heeft verteld dat ze op vrouwen valt, betekent niet dat ze is veranderd. Het betekent alleen dat ze open is over iets dat er al was. En wat ze eerst zelf ook nog moest ontdekken.

Geduldig
Dit laatste is iets wat ik jou als broer of zus ook wil meegeven. Jouw broer of zus die uit de kast komt is dezelfde persoon als hij of zij was. Ze moeten, welke keuzes ze ook maken, een moeilijke weg gaan. Ze hebben steun nodig. Bemoediging. Gebed. Wees geduldig, en luister naar ze. Zodat ze een veilige plek hebben voor hun moeiten en vragen.

Wil je ook meeschrijven of je ervaring delen?